
Masten
Waar moet je op letten bij het kopen van een mast?
Een windsurfmast koop je altijd afgestemd op het zeil waarmee je vaart. Er zijn een paar keuzes die je moet maken: hoeveel procent carbon de mast moet hebben, welke diameter de mast moet hebben(SDM of RDM) en welke buigingscurve het zeil vereist. Tenslotte wordt de lengte in principe voorgeschreven door het zeil waarvoor je mast wilt gebruiken. Hieronder lichten we de selectiecriteria kort toe. Alle masten zijn tweedelig.Mast bend curve
Er bestaan drie verschillende buigingscurves: Constant Curve, Hard Top en Flex Top. De meeste zeilenmerken worden gevaren op een constant curve mast. Wil je dus enigszins universeel te werk gaan dan kies je het beste voor een constant curve mast. Sommige merken vereisen een hard top mast. Zoals de namen al doen vermoeden buigt de constant curve mast ongeveer evenveel over de totale lengte van de mast. Bij een hard top mast is de bovenste helft iets stijver dan de onderste en je raadt het al bij een flex top is de onderkant iets stijver dan de bovenste helft van de mast.
Mastdiameter
Er zijn twee soorten masten als het om de diameter gaat; SDM en RDM. SDM staat voor Standard Diameter Mast en RDM staat voor Reduced Diameter Mast. De meeste zeilen kunnen op beide soorten masten gevaren worden. In het algemeen is het zo dat wavezeilen iets vaker op RDM masten worden gevaren dan andere zeilen. Door de kleinere diameter kunnen de RDM masten een grotere wanddikte hebben zonder zwaarder te worden dan een SDM mast. Hierdoor zijn ze verhoudingsgewijs iets sterker. Dat is de reden dat RDM masten iets vaker in de golven gebruikt worden. Bijkomend voordeel is dat de latten makkelijker langs de mast roteren bij een kleinere diameter. In freeride- en racezeilen worden doorgaans SDM masten gebruikt. Deze zijn licht en sterk.